Tactiek
Algemeen
159
keer gelezen
Zoals de meeste mannen van mijn leeftijd ben ik in militaire dienst geweest; lichting 82-5 om precies te zijn. Ik had een beroep kunnen doen op de wet Gewetensbezwaren, maar mijn lidmaatschap van de Delftsche Studenten Weerbaarheid maakte succes daarvan onwaarschijnlijk.
Volgens de linkse vriendin die ik hier niet te vaak wil citeren had mijn ‘duistere’ studentenverleden juist aanleiding moeten zijn om mij af te keuren vanwege krankzinnigheid, maar de keuringsraad dacht er anders over. Als student bouwkunde kwam ik uiteraard bij de Genie terecht. Bij de officiersopleiding sprak ik een majoor die bij de Amsterdamse krakersrellen in 1980 met een genietank - een gepantserde, maar ongewapende bulldozer - een barricade had doorbroken. Voorafgaand aan zijn actie had hij zich in burger onder de krakers gemengd om te helpen met het oprichten van de barricade. Hij gaf de krakers het advies om een mobiele bouwkeet naar de barricade te rollen en helemaal vol te stouwen met straattegels.
Ze trapten erin en waren uren bezig met de keet. Die majoor wist dat losse tegels lastiger zijn weg te schuiven dan een compacte massa, en de keet was dan ook precies de plek waar hij de volgende dag door de barricade heen daverde. Een slimme militaire tactiek, zoals alleen een genist die kan bedenken; infiltreren in de gelederen van de tegenstander om zijn zwakheid te ontdekken, en met die kennis hard terugslaan. In die tijd werkte het in de landelijke politiek precies zo. Dat was namelijk het tijdperk waarin aartsvijanden Den Uyl en Van Agt veroordeeld waren tot het gezamenlijk zitting nemen in twee kabinetten. Toen kon het gebeuren dat PvdA minister Irene Vorrink haar contacten met activisten gebruikte om de plannen van Van Agt voor het sluiten van een abortuskliniek te saboteren. Later nam van Agt wraak op de PvdA door met VVD leider Wiegel in een Haagse bistro een akkoord te sluiten waarmee de PvdA buitenspel werd gezet. Zouden dit soort tactieken nu nog gewerkt hebben bij de IJsselsteinse collegevorming? Ik hoop van niet..
Rinus Verweij