Cultuurpolitie
Algemeen
349
keer gelezen
Ik was afgelopen week bij een IJsselsteins tuincentrum om bij de afdeling met miniatuur winterdorpjes een paar sint- én pietfiguurtjes te kopen. Ik had er onlangs al een paar gekocht, maar in het huidige maatschappelijk klimaat met het afnemende draagvlak voor de traditionele niet-witte-piet wilde ik, nu het nog kan, een voorraadje van die figuurtjes inslaan.
Ik denk dat dit in de toekomst felbegeerde collector’s items gaan worden, die ik met een vette winst zal kunnen verkopen. Als Kick Out Zwarte Piet dan toch aan het langste eind trekt moet ik er in vredesnaam maar een slaatje uit slaan; het is niet anders.
Voor ik het besefte zat ik in een arrestantenbusje
Maar wat blijkt? De pietjes zijn nog steeds te koop, maar ze zijn overgeschilderd in een vrijwel blanke gelaatskleur. Even later zat ik mistroostig in mijn huiskamer naast een lege wijnfles. Al snel zakte ik weg in een troostende nevel van halfslaap.
Maar opeens werd ik opgeschrikt door de deurbel. Er stonden twee keurige heren op de stoep met de vraag: “Bent u de heer M. Verweij?” Voor ik wist wat er gebeurde zat ik in een arrestantenbusje met geblindeerde ruiten. We reden langs de bibliotheek aan de Overtoom, waar we met een boog om een groot laaiend vuur heen reden. “De boeken met afbeeldingen van Zwarte Piet. Ze worden verbrand als onderdeel van de bibliotheekboekenzuivering. Ongetwijfeld zitten er ook islamofobe spotprenten tussen”, zeiden de twee heren waar ik tussenin zat geklemd. Verder bleven ze zwijgen, totdat we in Nieuwegein het met elektrische omheiningen omringde terrein van de penitentiaire inrichting binnenreden. Even later zat ik tegenover een meneer achter een bureau, die ik nauwelijks kon zien doordat een felle lamp achter hem in mijn gezicht scheen.
(Wordt vervolgd…)
de ijsselsteinse column | rinus verweij