Een puntje maken
Algemeen
67
keer gelezen
In de klas maak ik mij graag schuldig aan het betere jatwerk. Op Facebook zag ik een filmpje van een professor die een punt maakte. Dat kan ik ook, dacht ik. De professor zette een zwarte punt midden op het witte bord en vroeg zijn leerlingen te beschrijven wat ze zagen. Mijn leerlingen lieten zich dit geen twee keer vragen:
Een verspilling van inkt. Een omgekeerd zwart gat in de witte ruimte. Iemand met zwart haar van bovenaf bekeken in de Sahara. Een kunstwerk. Een virus. Het oog van een enorm wit monster. Een vraagteken dat nog niet af is. Een kapot beeldscherm. Het bord vulde zich met suggesties. Een leerling vroeg zich af of ze dit subjectief of objectief moest benaderen. Na lang nadenken zei ze: Deze punt is in verhouding tot de omgeving eromheen relatief klein.
Daarmee raakte ze de kern van wat de professor op Facebook uitlegde. De neiging om je te richten op dat ene zwarte puntje, terwijl je al het wit voor lief neemt. Als al je narigheid dat zwarte puntje is, dan is het juist zaak om je te richten op het wit. Het licht in je leven, zeg maar. Aldus de prof.
‘Maar mevrouw, hoe kon ik nou nog kijken naar het wit in de tijd dat ik werd gepest? Als ik die tijd zou tekenen dan zou het bord bijna geen wit meer hebben. Ik zat toen drie jaar achter elkaar in hetzelfde lokaal met dezelfde mensen. Het eerste jaar was het een gewoon lokaal, maar het tweede en het derde jaar werd het een onveilig hok. Toch veranderde het lokaal niet. Maar voor mij werd het een rot hok.’
Wat zou de professor daarop zeggen? Mijn jatwerk liet me hier in de steek. Maar ik ken inmiddels de kracht van deze zwaar gekrenkte leerling. Hij vond ergens in dat reepje wit de moed om zich een weg te banen naar deze plek. Lachend wijst hij naar de punt: ‘Een zip-file van drie jaar, niet uitpakken, schrijf dat er maar bij, juf’.