Kunst

Bent u al bij de Vermeer-tentoonstelling in het Rijksmuseum geweest? Dacht ik al, ik ook niet. Ik denk ook niet dat het nog lukt, ik ben niet competitief genoeg en dat is in de huidige maatschappij funest, zéker sinds de corona-beperkingen ieder spontaan bezoek aan horeca of culturele instellingen zonder online-reservering en 'tijdslot' langdurig onmogelijk maakten.
Het ligt niet in mijn aard om mij als een roofdier tegelijk met talloze mededingers achter de computer te verschansen om via een regelmatig overbelaste website te proberen om anderen te vlug af te zijn. Als genieten van kunst een hierige ratrace wordt, haak ik af. Dan maar niet, ik ga de catalogus wel kopen; dat scheelt een hoop gedrang en ergernis.

Maar laat ik het positief bekijken; het is toch mooi dat zó veel mensen aanvoelen wat tijdloze échte kunst is, in schril contrast met elitaire modernistische conceptuele-kunst-charlatans met pindakaas-vloeren, shredder-plaatjes en bananen met plaktape. Niettemin zouden 'kunstkenners' mijn ergernis over dit boerenbedrog juist kunnen aanmerken als bewijs van kunstenaarschap onder het motto 'kunst moet schuren'. Mogelijk, maar schuren is toch wat anders dan oprechte ontroering.
Vermeer ontroert mij; hij pakt mij bij de hand en lokt mij mee op een reis door de tijd naar een (geïdealiseerde) wereld met magisch licht die al 360 jaar achter ons ligt, en mij toch door zijn sublieme vakmanschap in volle glorie wordt aangereikt. Gelukkig kan ik binnenkort weer gewoon naar het Parelmeisje in het Mauritshuis.

En we hebben ook weer een mooie 'eigen' expositie in Museum IJsselstein, getiteld: Oost West Thuis Best.