Zoveel klaprozen
Algemeen
174
keer gelezen
Op zoveel plekken zie je uitbundig de klaproos staan. In combinatie met wilde margrieten of, zoals ik vandaag zag met vingerhoedskruid is het werkelijk een lust voor het oog. Sommige mensen klagen, maar dat doen sommigen wel vaker, dat de bermen er onverzorgd en verwilderd uitzien. Maar als ik die schoonheid van zoveel klaprozen zie, zou ik spontaan overal bordjes neer willen zetten met ‘niet maaien’. Vorige week moesten we onverwachts naar Drenthe toe. een flinke rit van twee en een half uur. Ik keek mijn ogen uit. Zoveel klaprozen gewoon langs de snelweg. Echt genietmomentjes. Zeker als je naast de bestuurder kunt zitten genieten van al die bloemenpracht.
Zakken vol zaad gestrooid?
Ik dacht dat het misschien allemaal ingezaaid was. Zijn veel gemeentes zich bewust geworden van het belang van wilde bloemen? En hebben zij, zakken vol zaad aangeschaft en rond gestrooid? Wellicht is dat op verschillende plaatsen het geval geweest. Maar ik lees dat de zomerhitte van voorbijgaande jaren de reden lijkt te zijn. “De voorbije zomers waren zeer warm, waardoor alle meerjarige planten in de bermen zijn afgestorven door de droogte. En die vrijgekomen ruimte heeft de klaproos ingenomen.” Een klaproos blijkt een echte pioniersplant te zijn. Het komt het liefst tot bloei op plekken waar nog geen andere planten groeien. Ze zijn niet kieskeurig, veel voeding hebben ze niet nodig. Ze komen makkelijk op, op elke willekeurige plek. De zaadjes kunnen makkelijk tientallen jaren in de grond zitten voordat ze een keer tot bloei komen. Het zaad wordt vervoerd door de wind. Een enkele klaproos kan honderd zaadjes bij zich dragen. In Engeland is het zelfs het symbool voor de Eerste Wereldoorlog. Omdat het de eerste bloem is die weer begint te groeien op de gehavende slagvelden. Is het niet mooi dat juist dit jaar, na de coronacrisis, de klaproos zijn opgewekte kleuren overal aan ons laat zien? Ik word er heel blij van!
column Margreet Nagtegaal